Hydrochinon wordt vaak in combinatie met andere middelen
gebruikt, zoals
tretinoïne (Tretinoïne/Hydrochinon crème
FNA),
acetylcysteïne (Acetylcysteïne/Hydrochinon zalf LNA)
en een
corticosteroïd, zoals hydrocortisonacetaat of
triamcinolonacetonide.
Hydrochinon remt het ontstaan van pigment in
de huid en heeft zo een blekende werking op de huid. Het kan vier tot acht
weken duren voordat de pigmentatie minder wordt. Als de klachten zijn
verdwenen, wordt het middel vaak nog gebruikt om nieuwe pigmentvlekken te
voorkomen.
Bijwerkingen (zelden): prikkeling,
branderigheid en irritatie van de huid, vooral aan het begin van de
behandeling. Dit verdwijnt meestal vanzelf. Vlekkige verkleuring van de
huid, confettiachtige verkleuring of te sterke bleking, vooral bij langdurig
gebruik. Dit kan blijvend zijn. Overgevoeligheid.
Crème of zalf 1-2
dd aanbrengen, alleen op de donker gekleurde vlekken of gedeelten van de
huid. Zorg dat het middel niet in ogen, neus, mond of in een wondje
terechtkomt, want dat kan irritatie geven. Komt het toch per ongeluk in
ogen, neus of mond terecht, spoel dan direct met veel water. Gebruik bij
blootstelling aan zonlicht altijd een antizonnebrandmiddel met een hoge
beschermingsfactor. Zonlicht kan pigmentatie verergeren.
Gebruik van
hydrochinon als huidbleekmiddel kan riskant zijn. Alternatieven zijn
voorhanden in de vorm van
azelaïnezuur en thioctinezuur (
alfa-liponzuur)).
Het gebruik van hydrochinon als huidbleekmiddel in cosmetica is sinds
januari 2001 verboden. Gebruik op voorschrift van een arts is nog wel
toegestaan. Het verbod is gebaseerd op effecten op de middellange termijn,
zoals witte vlekjes op de huid, met name in het gezicht (leukoderma met
confetti-depigmentatie), en donkere onderhuidse pigmentophopingen (
exogene
ochronose).
Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.