BALANOPOSTHITIS T.G.V. CANDIDA home ICD10: B37.9

Candida overgroei veroorzaakt een vulvovaginitis bij de vrouw. Mannen kunnen een candida balanitis hebben na sexueel contact. Het uit zich als jeuk en irritatie van de glans en praeputium, soms kleine vesiculae en erosies, vaak 2 dagen post coitum verdwenen. Zelden écoulement. Meestal zijn de klachten van tijdelijke aard. Bij een slechte hygiëne en bij diabetes mellitus kan een candida balanoposthitis persisteren bij de man, ook na herbesmetting. Het is goed te behandelen met lokale antimycotica. Zie ook onder Candida en balanitis.

Therapie:
R/ Loprox (ciclopirox 1%) crème, tube à 30 g, of een ander lokaal antimycoticum. dot
R/ Daktarin (miconazol 2%) crème, tube à 30 g. dot
Bij frequent recidiveren: partner onderzoeken op candida en eventueel meebehandelen.


Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.

31-05-2023 (JRM) - www.huidziekten.nl W3C-html-4.01-valid



Diagnosecodes:
ICD10 B37.4 Candidiasis van overige urogenitale lokalisaties: balanitis
ICD10 B37.4 Candidiasis of other urogenital sites: balanitis
SNOMED 52643007 Candidal balanitis
DBC 4 Dermatosen door micro-organismen