Erythropoiëtische protoporfyrie (
EPP)
is de tweede meest voorkomende cutane porfyrie. Begint op jonge leeftijd (1-4
jaar), late onset zeer zeldzaam. Klachten zijn seizoensgebonden, met name vroege
lente tot late zomer en vooral in gelaat en op de handruggen. Brandend gevoel,
oedeem en erytheem, onmiddellijk optredend na zon expositie en weer verdwijnend
na een aantal dagen zonvermijding. Soms purpura. Vesikels en blaarvorming treden
zelden op. Soms ontstaan de pijnklachten pas na uren, waardoor nachtelijke pijn,
gestoorde nachtrust, vermoeidheid. Pitting scars in het gezicht, periorale rimpelige
wasachtige littekens, verdikking van de huid ter plaatse van de knokkels. In
ca. 2 % van de patiënten leverafwijkingen (cholelithiasis, cirrose, leverfalen).
Soms alleen branderige huid en pijn na zonexpositie, zonder zichtbare
afwijkingen.
|
|
erythropoietische
protoporfyrie |
erythropoietische
protoporfyrie |
|
|
erythropoietische
protoporfyrie |
erythropoietische
protoporfyrie |
Porfyrie is een stofwisselingsziekte waarbij er
sprake is van een genetische deficiëntie van een van de
enzymen
in de
haem biosynthese. De porfyrine synthese omvat
8 enzymatische stappen leidend tot haem als eindproduct. Bij deficiëntie van
een enzym in de keten van het porfyrinemetabolisme kan zich een porfyrine-intermediair
ophopen. Bij EPP is er een verminderde
ferrochelatase
activiteit en hoopt protoporfyrine zich op in erythrocyten. Protoporfyrine is
een fotoactieve stof, vooral gevoelig voor golflengte rond 405 nm (paars) en
546 nm (groen). Ophoping van wateroplosbare porfyrinen in de huid zoals uro-,
copro- en protoporfyrines leiden onder invloed van zonlicht tot blaarvorming
(PCT, porfyria variegata, hereditaire coproporfyrie), terwijl ophoping van lipofiele
protoporfyrines leidt tot een onmiddellijk brandende sensatie na blootstelling
aan UV licht met vervolgens erytheem en oedeem, zoals gezien wordt bij erythropoiëtische
protoporfyrie.
DD:
Polymorfe lichteruptie,
porfyria cutanea tarda,
porfyria variegata,
hereditaire coproporfyrie,
pseudoporfyrie,
solaire urticaria, fototoxische
of fotoallergische contact dermatitis en
geneesmiddelenreacties,
hydroa vacciniforme,
lipoid proteinosis,
Rhotmund-Thomson syndroom.
Diagnostiek:Anamnese, familie anamnese, lichamelijk
onderzoek waarbij met name gekeken moet worden naar de zon geëxposeerde huid.
Huidbiopt voor histologisch en immunofluorescentie onderzoek. Bloedafname voor
bepaling van protoporfyrinen in bloed (normaal < 560 nmol/L). De
specifieke test voor erytropoietische protoporfyrie is de bepaling van
protoporfyrinen IX (totaal protoporfyrines, zink en vrij protoporfyrine) in erytrocyten
(normaal < 1.5 μmol/L ery), dit kan worden uitgevoerd in het
porfyrie laboratorium van het Erasmus MC (zie
aanvraagformulier). Het bloed moet op de dag van
afname per koerier naar Rotterdam worden gebracht. Ook kan
DNA diagnostiek worden aangevraagd
naar het gen voor ferrochelatase (FECH). Indien er een
DD is met de andere porfyrieën ook porfyrines en porfyrineprecursors bepalen
in 24-uurs urine en 24-uurs feces. Regelmatig (jaarlijks) controle leverfuncties.
Zie verder onder
porfyrie.
Therapie:Fotoprotectie, bv door breed spectrum zonnebrandcrèmes
en/of beschermende kleding. De meeste
sunscreens blokkeren UVB en/of UVA maar niet goed de golflengten rond paars
en groen en zijn daarom bij EEP minder effectief. Zonodig fysieke barrière-sunscreens
met titaniumdioxide of andere mineralen gebruiken (deze geven wel een witte
verkleuring). Vermijding zonlichtblootstelling. Zonwerende folie op de ramen
in huis en op autoruiten. Ook fel kunstlicht kan problemen geven. In de acute
fase vochtige verkoelende kompressen en NSAID’s of paracetamol. Ook lokale corticosteroïden
kunnen bij acute reacties worden gebruikt.
R/ Carotaben (beta-caroteen) caps
à 25 mg, 25-150 mg per dag (volwassenen 50-200 mg per dag). Dosis verhogen bij
zonnige perioden en verlagen bij minder zonnige perioden (herfst, winter). Controleer
de leverfunctie.
R/ cholestyramine om enterohepatische recirculatie van porfyrines
en galzuren ter verminderen om zo de hepatische porfyrine excretie te vergroten,
resultaten hiervan zijn wisselend.
R/ ferrofumaraat.
R/ self tanning
creams (bruin zonder zon).
R/ lichtgewenning met UVB of PUVA in het vroege
voorjaar.
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog,
Amsterdam UMC.