Keratitis-ichthyosis-deafness (KID) syndroom is een zeldzame
(< 1 per 1.000.000) congenitale aandoening bestaande uit
keratitis
met neovascularisatie van de cornea,
huidafwijkingen
(palmoplantaire hyperkeratose, leer-achtige keratoderma, nageldystrofie, alopecia,
ichthyosiforme schilfering), en
dubbelzijdig sensorineuraal gehoorverlies.
De afwijkingen ontstaan op jonge leeftijd, vanaf de geboorte, in ieder geval
voor de puberteit.
Het beeld is voor het eerst beschreven door Burns
in 1915, in 1981 is door Skinner et al. het acronym
KID syndrome geïntroduceerd.
KID syndroom wordt veroorzaakt door missense mutaties in het GJB2 gen dat codeert
voor het
gap junction eiwit connexin 26 op chromosoom 13q12. De meeste gevallen
zijn sporadisch (de novo mutaties, waarbij het niet voorkomt in de familie).
Maar er zijn ook enkele families beschreven waarin het syndroom voorkomt. Er
wordt een autosomaal dominante variant beschreven (KIDAD,
OMIM
148210) en een
autosomaal recessieve vorm (KIDAR,
OMIM
242150).
De oogafwijkingen beginnen meestal al vroeg, in het eerste levensjaar, en
zijn progressief. Er ontstaat een keratitis met neovascularisatie van de cornea,
die troebel kan worden. Vaak zijn er klachten als droge ogen, blepharitis, en
conjunctivitis. Daarnaast is er een bilateraal sensorineuraal gehoorverlies,
vanaf de geboorte. Dit neemt niet verder toe. Er kan ook otitis externa en media
ontstaan.
De term ichthyosis in het syndroom is een misnomer, het is
geen echte ichthyosis maar meer een hyperkeratose (
keratoderma).
Het beeld lijkt op
erythrokeratoderma
(dat ook wordt veroorzaakt door mutaties in connexinen). Histologisch ziet men
een zaagtandvormige epidermis met basket weave hyperorthokeratose en folliculaire
pluggen. Andere symptomen kunnen zijn spaarzame lichaamsbeharing (hypotrichosis),
hypohidrosis, nageldystrofie, tandafwijkingen, chronische cheilitis angularis
met kloven in de lip, en gingiva hyperemie. De patiënten hebben een verhoogd
risico op het krijgen van mucocutane infecties met bacteriën, schimmels en virussen.
Ook is er een verhoogd risico op het krijgen van plaveiselcelcarcinomen van
de huid en/of de mucosa (tong en mondholte).
|
KID syndroom |
DD:Hystrix-like ichthyosis with deafness syndrome (HID, ichthyosis hystrix type Rheydt).
Waarschijnlijk is dat dezelfde entiteit.
Therapie:Huid goed vethouden met vette of vochtinbrengende
zalven, of met keratolytische producten zoals ureumzalf of producten met salicylzuur.
Soms worden systemische retinoïden voorgeschreven. Daarnaast infecties bestrijden
met lokale antiseptica, en lokale of systemische antibiotica en antimycotica.
Huid en slijmvliezen controleren op het ontstaan van plaveiselcelcarcinomen.
Referenties
1. |
Burns FS. A case of generalized congenital
keratoderma with unusual involvement of the eyes, ears, and nasal
and buccous membranes. J Cutan Dis 1915;33:255-260. |
2. |
Skinner BA, Greist MC, Norins AL. The keratitis,
ichthyosis, and deafness (KID) syndrome. Arch Dermatol 1981;117:285. |
3. |
Iossa S, Marciano E, Franzé A. GJB2 gene
mutations in syndromic skin diseases with sensorineural hearing
loss. Curr Genomics 2011;12:475-485. |
4. |
Lazic T, Horii KA, Richard G, Wasserman DI,
Antaya RJ. A report of GJB2 (N14K) connexin 26 mutation in two patients:
A new subtype of KID syndrome. Pediatr Dermatol 2008;25:535.
|
5. |
Nazzaro V, Blanchet-Bardon C, LoretteG, Civetta
J. Familial occurrence of KID (Keratitis, Ichthyosis, Deafness)
syndrome. J Am Acad Dermatol 1990;23:385-388. |
6. |
Wolfe CM, Davis A, Shaath TS, Cohen GF. Visual
impairment reversal with oral acitretin therapy in keratitis-ichthyosis-deafness
(KID) syndrome. JAAD Case Rep 2017;3:556-558. |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.