Oorzaken lymfadenopathie: |
Lokalisatie |
Drainagegebied |
Mogelijke oorzaken |
Occipitaal |
hoofdhuid |
Bijna altijd als gevolg van een infectie van het KNO-gebied
of van de hoofdhuid of door toxoplasmose. Zelden maligne. |
Pre-auriculair |
oogleden, conjunctiva, huid, slaap en gehoorgang |
Zelden maligne, vaak infectie van oog, oor en parotis. Keelontsteking
(streptokokken, mazelen, oorinfecties, tand en kies infecties en
abcessen. |
Retro-auriculair |
huid van gehoorgang, hoofdhuid |
Past bij rode hond. Ook bij eczeem. |
Submandibulair |
tong, speekselklier, lip, mond, conjunctiva |
Zelden maligne, meestal het gevolg van een infectie in de mond
of aan de tanden. |
Hals |
schedel, nek, schildklier en huid, armen en thorax, mondholte,
hypofarynx en larynx |
Komt voor bij al eerder genoemde virusinfecties. Bij kinderen
kan lymphadenitis colli optreden (soms met abcedering). Solitaire
klieren in de hals: mogelijk gaat het om een metastase van een solide
tumor in het hoofd/halsgebied of om een primair maligne lymfoom. |
Laag cervicaal |
larynx en secundair vanuit mond-keelholte |
Zeer zeldzaam. Verdacht voor metastasering. |
Supraclaviculair |
rechts: mediastinum, longen, oesophagus links: thorax, buik
(via ductus thoracicus) |
Verdacht, kan passen bij kwaadaardige processen in long, maag,
mamma, ovarium en prostaat. |
Bij de elleboog |
mediale kant onderarm |
Zeldzaam, bij ziekte van lymfestelsel of bindweefsel van de
onderarm. |
Oksels |
arm, borstwand, mamma |
Zelden verdacht, mits ze klein en losliggend zijn. Kunnen echter
ook passen bij mammacarcinoom. Meestal t.g.v. infecties in de arm
en hand. Ook bij eczeem en eytrodermie (dermatopathische
lymfadenopathie) |
Liezen |
penis, scrotum, vulva, perineum, bilstreek, onderste buikwand,
anus, benen |
Zelden verdacht, vaak t.g.v. infecties of wondjes in been of
voet of van de geslachtsdelen |
Gegeneraliseerd |
Infecties |
- viraal (mononucleosis infectiosa, cytomegalievirus, rode hond
(rubella), exanthema subitum (roseola infantum, zesde ziekte), HIV,
mazelen, herpes simplex) - parasitair (toxoplasmose, filariasis,
tuberculose, kala-azar, trypanosomiasis) - bacterieel (lymphadenitis
colli, tuberculose, geslachtsziekten (lues, gonorroe, lymphogranuloma
venereum), kattenkrabziekte, Lyme-ziekte, mycobacteriën, streptokokken
(vooral keelinfecties), erysipeloid, Rickettsiose) |
Maligniteiten |
Maligniteit van het lymfeklierstelsel Hodgkin-lymfoom, non-Hodgkin-lymfoom,
lymfatische leukemie |
Systeemziekten |
systemische lupus erythematodes, reumatoïde atritis, Still's
diisease, sarcoïdose |
Geneesmiddelen |
fenytoïne, carbamazepine, allopurinol, isotretinoïne, difencypron,
Protopic. Vaak treden hierbij andere allergische verschijnselen
op, zoals huiduitslag en artralgieën. |
Huidziekten |
- melanoom, plaveiselcelcarcinoom, Merkel cel tumor, Kaposi
sarcoom, atypisch fibroxanthoom, ulcerating midline lymphoma
- ziekte van Kawasaki, POEMS syndroom, erythema nodosum, angiolymphoid
hyperplasia with eosinophilia, Kimura disease, Langerhanscel histiocytose
- steenpuist, furunkel, karbunkel - erysipelas, fasciitis necroticans
- erytrodermie, psoriasis, eczeem, toxicodermie, PRP, Sezary syndroom,
cutaan T-cel lymfoom |
Bron: Lackamp OJM, Grundmeijer HGLM. Vergrote lymfeklieren. Huisarts Wet
2001;44(11):498-502.