Myiasis is de algemene term voor invasie van mensen
of dieren door vliegenlarven. De larven voeden zich
in een bepaald stadium van hun leven met dood of levend weefsel of lichaamsvloeistoffen
van hun gastheer. De vliegenlarven worden ingedeeld in obligaat
parasitair (kunnen zich alleen in levend weefsel ontwikkelen),
facultatief parasitair (leven meestal in kadavers
maar kunnen ook vitaal weefsel invaderen, vooral via open wonden), en
accidenteel (larven die met voeding of water in de
tractus digestivus of urogenitalis terechtkomen).
Cutane
myiasis is onder te verdelen in de furunculaire vorm
(waarbij grote steenpuisten lijken te ontstaan maar dat zijn in werkelijkheid
de vliegenlarven omgeven door een ontstekingsreactie), en de wondmyiasis
(contaminatie van bestaande wonden door vliegenlarven). Myiasis kan ook voorkomen
in natuurlijke lichaamsholten (nasofaryngeale, oculaire, auriculaire en vaginale
myasis) en inwendig (gastro-intestinale en urogenitale vorm).
De meest
bekende in Nederland, als importziekte, zijn de furunculaire myiasis door
Dermatobia hominis (human botfly)
uit Centraal-Mexico en Centraal en Zuid-Amerika (Suriname !), de furunculaire
myiasis door Cordylobia anthropophaga (tumbu
fly, toemboevlieg), uit Afrika, en de wondmyiasis door Cochliomyia hominivorax (schroefwormvlieg),
uit Zuid-Amerika. Ook Nederlandse vliegen kunnen onder onhygiënische omstandigheden
maden leggen in ulcera en andere grote wonden.
Dermatobia
hominis
larve
botfly (Z. Amerika)
myiasis
(human botfly)
Cordylobia
anthropophaga
larve
tumbu fly (Afrika)
myiasis
(tumbu fly)
Cochliomyia
hominivorax
made screwworm
(Z. Amerika)
wond myiasis
screw worm
Foto's: CDC (Public Domain Images) Andre Harmse - www.inaturalist.org
(Creative Commons License 4.0),
dr. Wolfgang PFÄFFL - Wikimedia (Creative Commons License 4.0)
Kathleen Franklin - www.flickr.com (Creative Commons License 3.0), John
Kucharski - Department of Agriculture (Public Domain Image), CSIRO -
Wikimedia (Creative Commons License 3.0).
Dermatobia hominis oftewel de human botfly
is een obligate parasiet die voorkomt in de bossen en het oerwoud rond rivieren
in Centraal-Mexico en Centraal en Zuid-Amerika (Suriname !). De gebruikelijke
gastheren zijn vee, wilde dieren en vogels, maar incidenteel ook de mens. De
Nederlandse vertaling van botfly is horzel, en Dermatobia hominis behoort ook
tot de horzels (Oestridae), een familie va ninsecten behorende tot de orde tweevleugeligen
(Diptera).
Levenscyclus: De volwassen vrouwelijke
vlieg (zo’n 15 mm lang) grijpt een vector, meestal een muskiet en kleeft al
vliegend meeliftend 15-30 eitjes op diens abdomen. Eventueel worden de eitjes
op planten gelegd. Als de eitjes via de vector of de plant in contact komen
met een warmbloedige gastheer, begint het larvestadium, dat 5 tot 10 weken kan
duren. In 5 tot 60 minuten penetreert de larve ongemerkt door de intacte huid
door een haarfollikel, een insectensteekopening of een ander huiddefect. De
in de huid uitgerijpte larven verlaten de gastheer en vallen op de grond, waar
ze zich verpoppen tot een vlieg gedurende zo’n 30 dagen. De totale levenscyclus
van deze geelbruine vlieg duurt 100-120 dagen.
Bij infestatie van de mens ontstaat er binnen 24 uur een furunkelachtige
afwijking van de huid op de plaats van de penetratie van de larve. Meestal ziet
men een centrale booropening met daarin op en neer bewegende luchtbelletjes
van de ademende larve. Elke larve ontwikkelt zich solitair en uit de wond kan
sereuze, bloederige of purulente afscheiding komen. De voorkeursplaatsen voor
furunculaire myiasis zijn de onbedekte lichaamsdelen zoals de armen, benen,
en het hoofd. Cutane myiasis kan gepaard gaan met milde systemische verschijnselen
als koorts en lymfadenopathie. Secundaire bacteriële ontstekingen zijn niet
zeldzaam.
furunculaire
myiasis
larve
human botfly
larve
human botfly
larve
human botfly
Therapie: Verwijderen van de larve. Dit kan door
de larve vast te pakken met een pincet en langzaam er uit te trekken. Voorzichtig
blijven trekken, niet te hard. De made zit verankerd met weerhaakjes, maar geeft
uiteindelijk op. Soms is het nodig om de opening een klein beetje te vergroten
met een mesje. Een truc die wordt toegepast is het afdekken met vaseline,
of EMLA crème onder occlusie, of er een stuk rauw vlees of spek op binden (bacon
therapie). Door het afdekken zouden de maden stikken en loslaten en naar buiten
komen. Bij myiasis die in Nederland wordt vastgesteld, meestal bij toeristen
uit Suriname of overig Zuid-Amerika, heeft men meestal niet het geduld voor
dit soort pogingen maar wordt de larve er gewoon uitgehaald. Voorkom superinfectie
door de wond te vullen met betadinezalf onder een pleister, of een ander antiseptisch
product. Vernietig de larven. In Zuid-Amerika de wonden afdekken, want het
wondvocht trekt andere eitjesdragende vliegen aan die maden kunnen produceren.
Cordylobia anthropophaga, ofwel de toemboevlieg
is een obligate parasiet. De Tumbu fly komt voor in Afrika beneden de Sahara,
en legt eieren op vuile zandgrond en op kleding, dus niet rechtstreeks op de
huid. De larve die uit het ei komt, penetreert de intacte huid onopgemerkt en
maakt een ontwikkeling door in het subcutane weefsel. Ter plaatse ontstaat een
furunkelachtige huidafwijking met een centrale opening (furunculaire myiasis)
waarin men het ademhalingsorgaan van de larve kan zien. Veelal is er sprake
van multipele laesies. Als men met vaseline de opening van de ‘furunkel’ afsluit,
dreigt de larve te stikken, hetgeen hem stimuleert om naar buiten te komen,
waarna men hem met een pincet kan verwijderen. De mens wordt accidenteel besmet;
normale gastheren zijn knaagdieren en honden. Preventieve maatregelen zijn het
vermijden van contact van de huid met de grond en het strijken aan beide zijden
van kleding en beddengoed dat buiten op de grond heeft liggen drogen.
Cordylobia
anthropophaga
larve
tumbu fly (Afrika)
myiasis
(tumbu fly)
Therapie: Verwijderen van de larve, zie onder Dermatobia
hominis.
WOND MYIASIS door Cochliomyia hominivorax ( ‘schroefwormvlieg
van de Nieuwe Wereld’, screw worm)
Cochliomyia hominivorax is een vlieg die in Centraal-Amerika
en Zuid-Amerika voorkomt. De vrouwelijke vlieg legt 100-400 eitjes in of naast
een open wond of in een natuurlijke holte. Elk warmbloedig dier, en ook de mens,
met een open wond kan als gastheer dienen. De larven ontwikkelen zich binnen
de 10-12 uur tot maden (screw worms) en deze boren zich in het weefsel wat gepaard
gaat met uitgebreide weefseldestructie. Secundaire wondinfectie kan voorkomen.
Deze cutane wondmyasis door screw worms kan ook bij de mens fataal verlopen.
De enzymen veroorzaken een ontstekingsreactie, en de maden beperken zich niet
tot dood weefsel, maar tasten ook gezond weefsel aan. De maden hebben de neiging
om zich naast elkaar vast te graven in de wond, met de kaken naar beneden, en
met het achterlijf uitstekend. Ze zitten goed vast en zijn niet zo makkelijk
er uit te trekken. Toch moet dat wel gebeuren.
In Centraal-Amerika en
Zuid-Amerika vormt C. hominivorax een serieus economisch probleem in
de veeteelt, en ook een gezondheidsprobleem. Het larvestadium veroorzaakt immers
morbiditeit en sterfte bij vee en incidenteel ook bij de mens. In een aantal
landen is men er in geslaagd om de parasiet uit te roeien via een grootscheeps
eradicatieprogramma door middel van het uitzetten van steriele mannetjes van
de vlieg, maar het gevaar voor introductie in andere gebieden - ook buiten Amerika
- blijft aanwezig, via toeristen, militairen of geïnfecteerd vee.
wond myiasis
door screw worm
maden
op een rijtje
losgetrokken
made
Therapie: Verwijder alle larven uit de wond met
behulp van een pincet. Zonodig chirurgisch uitruimen (ondermijnde gebieden,
diep zittende maden). Spoelen (uitspuiten) met overvloedig fysiologisch zout
kan ook helpen. Bij patiënten onder narcose kunnen chloroform, ether of alcohol
worden gebruikt om de maden te doden. Vernietig zorgvuldig alle maden, bijvoorbeeld
door ze in een pot met alcohol te doen en ze af te voeren in medisch afval.
Dit om te voorkomen dat de maden uitgroeien tot vliegen, die in Nederland kunnen
overleven en problemen veroorzaken. Daarnaast is een goede wondverzorging
nodig en meestal ook preventief antibiotica, bijvoorbeeld amoxicilline / clavulaanzuur
3 dd 625 mg.
Maden in ulcera in Nederland en madentherapie met speciaal
gekweekte maden
Ook in Nederland komt het voor dat er maden in een wond komen. Bij warm weer,
en bij slecht verzorgde, vooral slecht of niet ingepakte wonden en chronische
ulcera. Bij zwervers bijvoorbeeld. Deze maden van Nederlandse vliegen zijn echter
niet gevaarlijk, ze leven van het dode weefsel en beschadigen geen gezond weefsel.
Dat geldt uiteraard ook voor de speciale Lucilia sericata maden, gekweekt
onder steriele omstandigheden, die soms worden ingezet om onoverzichtelijke
wonden met veel necrose te reinigen. Maden voor wondreiniging inzetten is een
legitieme therapie. Omdat het voor de patiënt (overigens ook voor de artsen
en verpleegkundigen) een psychologische barrière is om dit te doen, wordt het
niet vaak toegepast. Vaak zijn er andere methoden om necrose te verwijderen,
zoals chirurgisch debridement of frequente verbandwisseling met gazen gedrenkt
in EUSOL. Het idee dat er maden in je been rondkruipen is voor patiënten ook
niet prettig. Het beweegt, het kriebelt, en de wond moet goed verpakt worden
om te voorkomen dat de maden ontsnappen. Er zijn ook speciale zakjes met maden
verkrijgbaar. De mazen van deze zijn te klein voor de maden om te kunnen ontsnappen,
maar groot genoeg om doorheen te kunnen eten. Na een week zijn de maden volgevreten
en worden met zakje en al weggegooid.
Zie voor meer informatie over maden
therapie de website van de leverancier:
www.biologiq.nl of de folder
over madentherapie.
Lucilia
sericata
biobag
met maden
vliegenmaden
in ulcus cruris
vliegenmaden
in ulcus cruris
Foto linksboven:
KiwiNeko14 - Wikipedia (Creative Commons License 4.0).
Auteur(s): dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.