Multifocal lymphangioendotheliomatosis with thrombocytopenia (MLT)
is voor het eerst beschreven door North et al in 2004. Het is zeer zeldzaam.
Bij MLT ontstaan multipele vasculaire laesies, in de huid maar ook uitgebreid
in de tractus digestivus en in andere organen (longen, hersenen, botten, spieren,
ogen, schildklier). Klinisch zijn het multipele rode, roodbruine tot paarse
papels en plaques, verspreid over het gehele lichaam. De laesies zijn vanaf
de geboorte aanwezig en groeien langzaam. De inwendige tumoren kunnen gaan bloeden.
Er ontstaat ook een verbruiks-trombocytopenie waardoor ernstige bloedingen kunnen
ontstaan. De trombocytopenie ontstaat door het vastlopen van bloedplaatjes in
de multifocale laesies, en is chronisch fluctuerend. Ook bij
Kaposiform angio-endothelioom
en
tufted angioom kan een consumptieve
coagulopathie voorkomen, dit wordt dan het
Kasabach-Merrit syndroom genoemd.
De prognose van multifocale lymphangioendotheliomatosis met trombocytopenie
is slecht, kinderen overlijden vooral aan gastro-intestinale bloedingen. MLT
reageert matig op therapie.
MLT kan sterk lijken of
diffuse
neonatale hemangiomatosis. Het is mogelijk dat een deel (mogelijk zelfs
een kwart) van de neonaten waarbij in het verleden is aangenomen dat ze diffuse
neonatale hemangiomatosis hadden, eigenlijk MLT hadden. Omdat niet altijd een
biopt wordt genomen bij neonaten kan de diagnose MLT gemakkelijk gemist worden.
De mortaliteit van MLT is veel hoger dan van diffuse hemangiomatosis (65% vs
5% volgens Glick et al.) Het is dus belangrijk om bij het geringste vermoeden
van MLT wel een biopt af te nemen. De tumoren bij MLT groeien langzamer
dan de hemangiomen, ook zijn ze GLUT-1 negatief, en ze zijn zelden aanwezig
in de lever. Lymphangioendotheliomen kunnen ook solitair voorkomen, dit staat
bekend als benigne lymphangioendothelioma (synoniem: acquired progressive lymphangioma).
Multifocal lymphangioendotheliomatosis: |
Diffuse neonatale hemangiomatosis: |
Vanaf de geboorte aanwezig |
Vanaf geboorte of (50%) in de eerste weken |
Langzame groei, geen involutie |
Snelle groei, daarna involutie |
Niet of moeilijk comprimeerbaar |
Comprimeerbaar |
Zelden aanwezig in de lever |
Vaak aanwezig in de lever |
Reageert niet / slecht op propanolol |
Reageert goed op propanolol |
Hoge mortalilteit (65%) |
Lage mortalilteit (5%) |
GLUT-1 negatief, D240 en Lyve-1 positief |
GLUT-1 positief |
DD:Diffuse
neonatale hemangiomatosis,
blue rubber
bleb nevus syndrome, multifocale glomangiomen,
Mafucci syndroom, benigne lymphangioendothelioma,
sarcomen.
PA:Mid dermaal en diep dermaal multiple
verwijde vaten bekleed met
hobnail
endotheelcellen. Soms papillaire uitstulpingen van endotheelcellen in het lumen.
Immunohistochemie: CD31 positief, GLUT1 negatief, lymfevat markers D240 en Lyve-1
meestal positief.
Therapie:Reageert slecht op therapie.
Genoemd worden hoge doseringen prednisolon in combinatie met vincristine, maar
bij systematisch literatuuronderzoek kan geen bewijs worden gevonden dat dit
effectief is. Ook interferon alpha, intraveneuze immunoglobulines, bèta-blokkers
en vincristine als monotherapie zijn niet bewezen effectief. Geprobeerd kunnen
worden rapamycine (mTOR-inhibitor) en thalidomide. Daarnaast kunnen nodig zijn
regelmatige bloedtransfusies, trombocytentransfusies, fresh frozen plasma, geactiveerd
recombinant stollingsfactor VII, en cyclokapron.
R/ rapamycine, doseren
tot serum spiegel van 7-13 ng/l.
R/ thalidomide 1 dd 50-200 mg.
Referenties
1. |
North P, Kahn T, Cordisco M, Dadras S, Detmar
M, Frieden I. Multifocal Lymphangioendotheliomatosis with Thrombocytopenia:
A newly recognized clinicopathological entity. Arch Dermatol 2004;140:599-606. |
2. |
Guillou L, Fletcher C. Benign lymphangioendothelioma
(acquired progressive lymphangioma): a lesion not to be confused
with well differentiated angiosarcoma and patch-stage Kaposi’s sarcoma.
Am J Surg Pathol 2000;24:1047-1057. |
3. |
Van der Horst MN, Sillevis Smitt JH, Peters
MAD, Middelkamp Hup MA, van den Berg L, Wösten-van Asperen R, Kindermann
A, Merks JHM. Multifocale lymphangio-endotheliomatose met trombocytopenie
(MLE-T): vroegtijdige herkenning is van levensbelang. Ned Tijdschr
Dermatol Venereol 2016;26:314-318. |
4. |
Glick ZR, Frieden IJ, Garzon MC, et al. Diffuse
neonatal hemangiomatosis: An evidence-based review of case reports
in the literature. J Am Acad Dermatol 2012;67:898-903. |
|
Piggot K, Riedel P, Baron H, et al. Multifocal
lymphangioendotheliomatosis with thrombocytopenia: A rare cause
of gastrointestinal bleeding in the newborn period. Pediatrics 2006;117:e810-e813. |
5. |
Maronn M, Catrine K, North P, et al. Expanding
the Phenotype of Multifocal Lymphangioendotheliomatosis With Thrombocytopenia.
Pediatr Blood Cancer 2009;52:531-534. |
6. |
Droitcourt C, Boccara O, Fraitag S, et al.
Multifocal lymphangioendotheliomatosis with thrombocytopenia: clinical
features and response to sirolimus. Pediatrics 2015;136:e517-e522. |
7. |
Greenberger S, Yuan S, Walsh LA, et al. Rapamycin
suppresses self-renewal and vasculogenic potential of stem cells
isolated from infantile hemangioma. J Invest Dermatol 2011;131:2467-2476. |
8. |
Medici D, Olsen BR. Rapamycin inhibits proliferation
of hemangioma endothelial cells by reducing HIF-1-dependent expression
of VEGF. PLoS One 2012;7:e42913. |
9. |
Hammill AM, Wentzel MS, Gupta A, et al. Sirolimus
for the treatment of complicated vascular anomalities in children.
Pediatr Blood Cancer 2011;57:1018-1024. |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.