Besenreiser (
takkenbosvenen)
zijn de allerkleinste spataderen. De naam besenreiser komt uit het Duits, een
besenreiser is een bezem van berketakken, de kleine vertakte besenreiser kunnen
daar op lijken.
Sclerocompressie therapie
Scleroseren is de voorkeurs behandeling bij dit type spataderen. De venen hoeven
niet te worden afgetekend omdat ze zeer oppervlakkig zijn en daardoor in liggende
positie zichtbaar blijven. Vervolgens worden ze in liggende positie ingespoten
met aethoxysclerol in concentraties van 0.5 of 1%. De concentraties hangen af
van de grootte van het vat (zie
schematisch
overzicht). Er wordt een kleine naald gebruikt omdat niet eerst voor het
inspuiten opgetrokken hoeft te worden. Per keer mag maximaal 12% gespoten worden,
dus maximaal 12 ml van 1%. Zie verder onder
protocol
scleroseren.
Video: scleroseren reticulaire venen en besenreiser.
Laserbehandeling Soms zijn de besenreiser zo klein
dat het niet mogelijk is om er met een naald in te komen. Indien er desondanks
toch een wens is om dit te behandelen, kan dat door middel van uitwendige laserbehandeling.
Dit is een cosmetische behandeling die door een aantal cosmetische instituten
wordt aangeboden. Het resultaat is redelijk voor de kleine rode vaatjes. De
iets grotere, blauwige teleangiƫctasiƫn reageren er niet zo goed op.
Electrocoagulatie Er is
speciale apparatuur waarmee de besenreiser d.m.v. dunne naalden worden dichtgebrand.
Deze dunne naalden zijn ook als accesoire voor de reguliere electrocoagulator
te bestellen. De dunne naald wordt op meerdere plaatsen in het verloop van de
vaatjes ingebracht en de besenreiser wordt met een klein stroomstootje vernietigd.
Dit laat vrijwel geen schade c.q. littekentjes na. De methode is wel bewerkelijk
en wordt in cosmetische instituten uitgevoerd. Zie ook onder
elektrocoagulatie.
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.