Lidocaïne kan lokaal worden gebruikt bij pijnlijke laesies
op huid en slijmvliezen. Het is niet verenigbaar met lanettewas.
Lidocaïnelevomentholgel FNA geeft lidocaïne goed af aan de huid en
wordt ook gebruikt bij jeuk.
Lidocaïne 5% in Zinkoxidesmeersel FNA
kan worden gebruikt bij pijnlijke herpes laesies. Lidocaïne kan via
vasoconstrictie wondgenezing remmen.
Lidocaïne vaselinecrème 3% FNA
bij
aambeien:
's ochtends, 's avonds, en na iedere ontlasting crème aanbrengen.
Lidocaïne
hydrochloride gel 2% FNA is bedoeld voor slijmvliezen (1-2 dd of vaker, dun
aanbrengen), en
Lidocaïne hydrochloride orale gel 2% FNA
(met pepermuntolie) is speciaal bedoeld voor de mondholte, o.a. voor
pijnlijke aften (meerder malen per dag met een wattenstaafje op de afte
aanbrengen).
Lidocaïne is ook verwerkt (samen met
prilocaïne) in
EMLA crème en pleisters
en wordt gebruikt als lidocaïne injecties voor lokale verdoving. Lidocaïne
wordt ook wel xylocaïne genoemd.
Er is een maximum aan het gebruik
van lidocaïne. Let daarop, vooral ook bij kleine kinderen. Er zijn gevallen
bekend waarbij ernstige bijwerkingen optraden door overdosis van EMLA crème
bij kinderen. Ook bij volwassenen de maximum dosis niet overschrijden. Voor
verdoving van de huid (injecties) wordt een maximum van 200 mg lidocaïne
aangegeven in de bijsluiter van de fabrikant, voor lidocaïne met adrenaline
500 mg. Dit betekent dat per keer van een 2% oplossing (20 mg/ml) maximaal
25 ml mag worden gebruikt. Andere gegevens over maximum: maximaal 4.5-5
mg/kg zonder adrenaline (70 kilo = 350 mg), maximaal 7 mg/kg met adrenaline
(70 kilo = 490 mg).
In de praktijk wordt deze hoeveelheid bij
grote ingrepen soms overschreden tot de dubbele hoeveelheid (maximaal 1000
mg, 14 mg/kg) zonder dat problemen optreden (bij de Müller procedure
bijvoorbeeld 5-8 ampullen van 10 ml lidocaïne 1% zonder adrenaline; bij
hidradenitis suppurativa excisies 30-40 ampullen xylocaïne 2% ampullen 1.8 ml met adrenaline). De verantwoordelijkheid
daarvoor ligt dan echter bij de behandelend arts. Dit getal van 1000 mg is
gebaseerd op de maximale hoeveelheid bij andere toepassingen van lidocaïne
en op het gegeven dat in de officiële maximumhoeveelheid een
veiligheidsmarge ingebouwd is van een factor 10. Voor EMLA crème, lidocaïne
gel, lidocaïne drank is de maximale hoeveelheid steeds rond de 1000 mg (b.v.
lidocaïne drank 2% - 20 mg/ml maximaal 60 ml = 1200 mg). Bij liposuctie
worden veel grotere hoeveelheden ingespoten, b.v. 35 mg/kg en zelfs 55
mg/kg, maar wel verdund (
tumescente
anesthesie).
Toxische verschijnselen bij overdosering kunnen worden bestreden met
intraveneuze lipiden oplossing (zie
artikel NTVG). In de praktijk wordt bij dit soort calamiteiten het
reanimatie team gebeld en is het de anesthesist die hiertoe besluit.
Lidocaïne kan een anafylactische shock veroorzaken bij allergie voor caïnen.
Een allergie kan zijn opgebouwd door tandartsverdovingen, zonder dat de
patiënt dit weet. Daarom in de behandelkamer altijd een shockset standby
hebben en het
reanimatie
protocol aan de muur hangen. Lidocaïne kan ook hartritmestoornissen
veroorzaken bij personen die daar gevoelig voor zijn (hartritme stoornis in
de anamnese, ouderen). Meestal een tachycardie. Dit gaat vanzelf over na
verloop van tijd. Bloeddruk monitoren, eventueel ECG laten maken, eventueel
zuurstof, observatie totdat de lidocaïne uit het systeem is verdwenen.
product: |
maximum hoeveelheid: |
totaal: |
lidocaïne 2% ampullen 10 ml met adrenaline
bij gezonde
jonge patiënten eventueel tot: |
2.5 ampullen 5 ampullen |
500 mg 1000 mg |
xylocaïne 2% ampullen 1.8 ml met adrenaline
bij gezonde jonge patiënten eventueel
tot:
|
13 ampullen 27 ampullen |
486 mg 972 mg |
lidocaïne 5% (EMLA)
|
6-12 jaar: 20 g 1-5 jaar: 10 g 3-12 maanden: 2 g 0-2
maanden: 1 g |
1000 mg |
lidocaïne 2% drank |
6 x 10 ml kinderen max 4 mg/kg |
1200 mg |
lidocaïne 2% gel |
60 g kinderen max 6 mg/kg |
1200 mg |
2% = 2 mg per 100 mg
2% = 20 mg per 1000 mg (1ml)
2% = 200 mg per
10 ml
2% = 1000 mg per 50 ml
Gebruik van lidocaïne
(Xylocaïne) en articaïne tijdens de zwangerschap
Lidocaïne in de vorm van injecties kan, voor zover bekend, zonder
gevaar voor de vrucht overeenkomstig het voorschrift worden gebruikt in de
zwangerschap. Beperkte ervaring met het gebruik van deze stof als
anti-arrhythmicum tijdens zwangerschap laat geen verhoogde incidentie van
aangeboren afwijkingen zien. Ook articaïne en de toevoeging adrenaline
(epinefrine) zijn veilig.
Bij toepassing van Xylocaïne tijdens de
zwangerschap dient men er rekening mee te houden dat lidocaïne, evenals
andere lokaal anaesthetica, de placenta passeert. Hoewel de lidocaïne
concentraties in het navelstrengbloed lager zijn dan de serumconcentraties
bij de moeder, is de vrije lidocaïne concentratie gelijk. Bij overdosering
kan foetale depressie niet worden uitgesloten. Lidocaïne wordt in kleine
hoeveelheden uitgescheiden in moedermelk. De concentraties in moedermelk
zijn echter zo laag, dat bij therapeutische doseringen geen nadelige
effecten voor het kind te verwachten zijn.
Ondanks deze gegevens
waaruit blijkt dat lidocaïne en articaïne dus veilig kunnen worden gebruikt
tijdens de zwangerschap, staat in het kompas toch bij lidocaïne het zinnetje
dat terughoudendheid tijdens de zwangerschap gewenst is. Dit moet als volgt
worden geïnterpreteerd:
Als het niet perse nodig is om de
ingreep of het biopt nu te doen (voorbeeld: patiënt vraagt om
verwijdering van een dermatofibroom of shaven van een goedaardige moedervlek
of andere benigne laesie), laat dan de patiënt na de zwangerschap terugkomen
voor de ingreep. Argument: nooit zwangeren onnodig blootstellen aan
geneesmiddelen; tweede argument is dat een ingreep (wondje) complicaties kan
geven zoals een infectie waarvoor antibiotica nodig kunnen zijn.
Als er wel een reden is om het nu te doen (voorbeeld:
verdenking op een dysplastische naevus of andere maligniteit, of een
onduidelijke huidziekte waarbij het toch wel nodig is om nu een biopt te
nemen) dan gewoon direct doen. Een basaalcelcarcinoom is een twijfelgeval.
Dit is een langzaam groeiend en ongevaarlijk tumortje waarbij het op zich
helemaal niet een probleem is om te wachten tot na de zwangerschap.
Lidocaïne in de vorm van orale gel of lokaal aan te brengen gel of
zalf is volkomen veilig tijdens de zwangerschap. Het wordt al
jarenlang gebruikt door zwangere vrouwen zonder nadelige gevolgen voor het
kind. Tijdens borstvoeding kan een minimale hoeveelheid terechtkomen in de
borstvoeding. Bij normaal gebruik, waarbij de maximum hoeveelheden in acht
worden genomen, heeft dit geen enkele schadelijke gevolgen voor het kind.
Maar let op: geen lidocaïne zalven aanbrengen op de tepels (bij tepelkloven
bijvoorbeeld), dit verstoort vanwege de onaangename smaaksensatie voor de
baby de borstvoeding.
Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.