Geneesmiddelenreactie die zich beperkt tot erytheem
van de billen (baboon = baviaan) en de plooien (oksels en liezen). Er is geen
verklaring voor de voorkeurslokalisatie. Volgens striktere definities is het
baboon syndroom een exantheem dat optreedt na systemische blootstelling aan
een geneesmiddel waarvoor een patiënt eerder gesensibiliseerd is. Een voorbeeld
is behandeling van acne met erytromycine of clindamycine lotion, waarbij het
baboonsyndroom ontstaat na behandeling met systemische antibiotica. Ook Parfenac
(lokale NSAID) is een bekend voorbeeld. Het acronym SDRIFE is bedacht (Symmetrical
Drug-Related Intertriginous and Flexural Erythema) voor dit syndroom.
Klinisch beeld:Scherp begrensd erytheem en schilfering
van de nates en/of lies en bovenbeen regio, vaak inclusief de plooien.
Diagnostiek:Patch test, eventueel orale provocatie.
Therapie:R/ lokale corticosteroïden klasse II-III.
Referenties
1. |
Akay BN, Sanli H. Symmetrical drug-related
intertriginous and flexural exanthem due to oral risperidone. Pediatr
Dermatol 2009;26(2):214-216. |
2. |
Arnold AW, Hausermann P, Bach S, Bircher
AJ. Recurrent flexural exanthema (SDRIFE or baboon syndrome) after
administration of two different iodinated radio contrast media.
Dermatology 2007;214:89-93. |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.