CHEILITIS ACTINICA / ACTINIC CHEILITIS / SOLAR CHEILITIS home ICD10: L56.8

Cheilitis actinica is een premaligne (hyper)keratotische afwijking van de lip, veroorzaakt door chronische blootstelling aan zonlicht. Het komt vooral voor bij oudere (>40) personen met een licht huidtype (type I en II), die blootgesteld zijn aan veel zonlicht. Een zonnig klimaat, en veel buiten zijn zijn risicofactoren. Uiteraard komt het vaker voor bij verhoogde gevoeligheid voor zonlicht (albinisme, porphyria cutanea tarda) en bij DNA repair defecten (xeroderma pigmentosum, p53, andere genetische predisposities). Het komt vaker voor bij mannen. Ook een uitpuilende onderlip is een risicofactor, en roken (ander mechanisme). Het beeld is verwant aan actinische keratose, maar de kans op overgang in een plaveiselcelcarcinoom is hoger.

Cheilitis actinica Cheilitis actinica
cheilitis actinica cheilitis actinica

Cheilitis actinica Cheilitis actinica
cheilitis actinica cheilitis actinica


Klinisch beeld:
De huid van de lip, meestal de onderlip is plaatselijk (solitair of multipel) of in zijn geheel droog en ruw aanvoelend en verdikt (hyperkeratose). Minder elastisch. De lip kan van voor tot achter (huid - lippenrood - mucosa) aangedaan zijn, de overgang naar het lippenrood (vermilion border) verstoord. Atrofie, erosies, ulceraties, crustae en oedeem kunnen voorkomen. Er kunnen tumoren in ontstaan (plaveiselcarcinomen).

DD: lichen planus, plaveiselcelcarcinoom, cheilitis plasmacellularis, cutane lupus erythematosus, cheilitis glandularis, cheilitis granulomatosa, andere vormen van cheilitis en cheilosis, lip-licking dermatitis, contacteczeem, Stevens Johnson syndroom, herpes simplex, bacteriële infectie, polymorfe lichteruptie.

Diagnostiek:
De diagnose wordt gesteld op het klinisch beeld en vaak bevestigd door een biopt. Een biopt is ook nodig bij verdenking op een plaveiselcelcarcinoom.

Histologie:
Hyperkeratose, acanthose, verstoorde opbouw van de epidermis met atypische keratinocyten. In de dermis solaire elastose en een lymfocytair ontstekingsinfiltraat. Het beeld kan moeilijk te onderscheiden zijn van een plaveiselcelcarcinoom. Cheilitis actinica kan overgaan in plaveiselcelcarcinoom (in circa 10%). De meest aangehangen theorie is dat cheilitis actinica in feite al een in situ plaveiselcelcarcinoom is en dat delen van de lip zijn ingenomen door een door de zon beschadigde en gemuteerde keratinocytenkloon. Biopten kunnen niet representatief zijn, sterk afhankelijk van de plek waar gebiopteerd wordt.

Therapie:
De behandeling is gericht op lokale en oppervlakkige destructie van de abnormale gebieden, waarna ingroei vanuit de randen door normale keratinocyten de schade moet herstellen. Cryotherapie is de meest doeltreffende (succespercentages tot 96%) en eenvoudigste behandeling, vooral voor kleinere gebieden, maar ook (met verdoving) voor grotere gebieden. Patiënten moeten bij behandeling van een groot gebied voorbereid zijn op een zware tijd (pijn, zwelling, blaarvorming, korsten en ulceraties, bloeding, moeite met eten), maar het geneest op de lip relatief snel en cosmetisch en functioneel goed na cryotherapie. De andere opties zijn Efudix of Imiquimod, maar die worden vanwege de bijwerkingen niet altijd op de voorgeschreven manier gebruikt door de patiënten. Patiënten stoppen er vaak voortijdig mee als de huid kapot gaat en pijn gaat doen.

mes Cryotherapie zonder of met verdoving. Het te behandelen gebied moet 2 keer worden bevroren (als een hard schijfje palpabele ijsvorming).
mes Electrocoagulatie na verdoving.
mes Ablatieve laser (CO2 laser, Erbium Yag).
mes Fotodynamische therapie.
mes Dermabrasie (erg bloederig).
mes Excisie van gedeelten van de lip.
mes Excisie van het lippenrood met primair sluiten of naar voren halen van de mucosa (vermilionectomy + mucosal advancement flap). Deze ingrepen hebben risico's (hematomen, wonddehiscentie, verstoorde contour van de lip).
R/ Efudix crème 5% (5-fluorouracil) 2 dd gedurende 4 weken. Geschikt voor het behandelen van de gehele lip. Recidieven komen voor, vaak door slechte compliance.
R/ Aldara (imiquimod 2.5%) crème 1 dd gedurende 2 weken, dan 2 weken pauze, dan opnieuw 1 dd gedurende 2 weken.
R/ diclofenac gel 3% 2 dd gedurende minimaal 6 weken (zonodig langer, maandenlang toepassen).
R/ Tretinoïne crème 0.05% FNA 2 dd gedurende 4 weken.
R/ Chemische peeling.

Preventie:
Patiënten moeten goede zonprotectie toepassen. Vermijd fel zonlicht en/of gebruik een goede zonnebrandcrème. Bijvoorbeeld een lippen stick voor droge lippen (cheilosis) met een hoge factor sunscreen er in (wintersport lipsticks).


Referenties
1. Vieira RA, Minicucci EM, Marques ME, Marques SA. Actinic cheilitis and squamous cell carcinoma of the lip: clinical, histopathological and immunogenetic aspects. An Bras Dermatol 2012;87(1):105-114.
2. Cavalcante AS, Anbinder AL, Carvalho YR. Actinic cheilitis: clinical and histological features. J Oral Maxillofac Surg 2008;66(3):498.
3. Jadotte YT, Schwartz RA. Solar cheilosis: an ominous precursor part II. Therapeutic perspectives. J Am Acad Dermatol 2012;66(2):187-198.
4. Ishida CE, Ramos-e-Silva M. Cryosurgery in oral lesions. Int J Dermatol 1998;37(4):283-285.
5. Ulrich C, Forschner T, Ulrich M, Stockfleth E, Sterry W, Termeer C. Management of actinic cheilitis using diclofenac 3% gel: a report of six cases. Br J Dermatol 2007;156(Suppl 3):43.
6. Smith KJ, Germain M, Yeager J, Skelton H. Topical 5% imiquimod for the therapy of actinic cheilitis. J Am Acad Dermatol 2002;47(4):497-501.
7. Shah AY, Doherty SD, Rosen T. Actinic cheilitis: a treatment review. Int J Dermatol 2010;49(11):1225-1234.
8. Savage NW, McKay C, Faulkner C. Actinic cheilitis in dental practice. Aust Dent J 2010;55(Suppl 1):78.
9. Zaiac M, Clement A. Treatment of actinic cheilitis by photodynamic therapy with 5-aminolevulinic acid and blue light activation. J Drugs Dermatol 2011;10(11):1240-1245.
10. Armenores P, James CL, Walker PC, Huilgol SC. Treatment of actinic cheilitis with the Er:YAG laser. J Am Acad Dermatol 2010;63(4):642.


Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.

31-05-2023 (JRM) - www.huidziekten.nl W3C-html-4.01-valid



Diagnosecodes:
ICD10 L56.8 Overige gespecificeerde acute huidveranderingen door ultraviolette straling: cheilitis actinica
ICD10 L56.8 Other specified acute skin changes due to ultraviolet radiation: cheilitis actinica
SNOMED 46795000 Actinic cheilitis
DBC 17 Premaligne dermatosen