De nagels van beide grote tenen kunnen vanaf de geboorte een standsafwijking hebben, waarbij de nagels naar binnen zijn gedraaid. Dit staat bekend als congenital malalignment of the great toenail. Het komt vaak voor, bij 1-2% van de kinderen, misschien meer, er is onderrapportage. Het presenteert zich op jonge leeftijd, bij kleuters en kleine kinderen. Het kan ook spontaan weer herstellen, meestal op de leeftijd van circa 10 jaar. Het is een geïsoleerd fenomeen, geen onderdeel van een syndroom. Naast de standsafwijking, die varieert van minimaal tot duidelijk scheef, zijn er vaak ook nagelafwijkingen zoals verkleuring (bruin, geel-groen, groen-bruin, zwart, geel), transversale groeven of verdikkingen, kortere nagels, veranderde vorm (trapezoïd), sterk gebogen nagels, onycholysis, paronychia, nageldystrofie, verdikte nagels, ingegroeide nagels. De oorzaak is niet precies bekend. Er lijkt een genetische factor te zijn, want het komt familiaal voor. Door de scheef groeiende nagel kan een unguis incarnatus ontstaan aan 1 kant, met een unilaterale verdikking van de nagelwal. Dit wordt ook wel congenital hypertrophy of the lateral nail folds of the hallux genoemd.



Therapie:
Expectatief beleid. De tenen kunnen op oudere leeftijd, rond de 10 jaar, weer redelijk normaal uitgroeien. Soms zijn er complicaties zoals paronychia en ingegroeide teennagels, dan die behandelen. Bij ernstige standsdeviaties is chirurgische interventie mogelijk zoals rotatie van de gehele nagelunit of verwijderen van de nagel en matrix (bij ernstige klachten).




Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.