PITTED KERATOLYSIS (keratoma plantare sulcatum) home ICD10: R61.0

Pitted keratolysis is een oppervlakkige infectie van het stratum corneum van de voetzolen, met name op drukplaatsen waar de eeltlaag dik is. Het wordt veroorzaakt door bacteriën (o.a. Micrococcus (kytococcus) sedentarius, Dermatophilus congolensis, Corynebacteriën en Actinomyces). Deze micro-organismen produceren onder bepaalde omstandigheden (zweten, broeien) enzymen die de hoornlaag aantasten. Hierdoor kunnen 1-5 mm grote kratervormige putjes in het stratum corneum ontstaan, welke eventueel conflueren tot grotere defecten. Soms is er sprake van groene of bruine verkleuring van het stratum corneum. Verder is er meestal sprake van een onwelriekende geur (zweetvoeten). Een enkele keer komt het ook op de handpalmen voor, met meer oppervlakkiger, collerette vormige schilfering (DD: dyshidrosis lamellosa sicca, tinea manuum).
Komt vaak voor, vooral in de tropen maar ook bij sporters en in bepaalde beroepen. Centraal staat de maceratie van de huid, veroorzaakt door hyperhidrosis, langdurig dragen van slecht ventilerende schoenen en slechte hygiëne. Het komt (dus) iets vaker voor bij mannen. Kan klachten veroorzaken zoals irritatie, jeuk of pijn, vooral als de eeltlaag over een groot gebied loslaat). Kan geassocieerd voorkomen met erythrasma, en trichomycosis axillaris (ook Corynebacterium infecties).

Pitted keratolysis Pitted keratolysis
pitted keratolysis pitted keratolysis (putjes)

Foto's: Evan Saap - Wikimedia (Creative Commons License 4.0).


DD: hyperhidrosis, tinea pedis, acrovesiculeus eczeem, juveniele plantaire dermatose, verruca plantares, keratoderma punctata, dyshidrosis lamellosa sicca, basaalcel naevus syndroom.

Diagnostiek: klinisch beeld: kleine uitgeponste putjes op de voetzolen en een onwelriekende geur zijn pathognomonisch.

PA: biopteren is niet strikt noodzakelijk (tenzij ter uitsluiting van een andere aandoening). Indien ter bevestiging of documentatie een biopt wordt afgenomen, dan is een oppervlakkig stansbiopt of een shavebiopt al voldoende. In de meest oppervlakkige delen van het stratum corneum zijn filamenteuze en coccogene microorganismen zichtbaar.

Therapie:
Adviseer om goed ventilerend schoeisel te dragen (bijvoorbeeld Geox schoenen) en de voeten goed schoon en droog te houden (regelmatig voeten wassen, schone sokken, droge schoenen, schoenen wisselen). Bestrijd hyperhidrosis met indrogende producten zoals aluminiumverbindingen (zie onder hyperhidrosis).level of evidence
R/ Solutio aluminii hydroxychloridi 15% FNA, deppen.
R/ Solutio aluminii chloridi 20% FNA, inwrijven.
R/ aluminiumchloridehexahydraat 4, spiritus ketonatus dilutus ad 20 (in geval van hyperhidrosis).
Bestrijd de oppervlakkige infectie.
R/ erytromycine 2% applicatievloeistof lokaal.level of evidence
R/ Chloorhexidine 1% oplossing FNA.
R/ Clindamycine oplossing of clindamycine 2% in cetomacrogolcrème FNA.level of evidence
R/ fucidinezuur crème 2% 3 dd.level of evidence
R/ Canesten (clotrimazol 1%) crème.level of evidence
R/ Daktarin (miconazol) 2% of ketoconazol 2% of een andere imidazol crème (zie onder lokale antimycotica).level of evidence
R/ Bactroban (mupirocine) zalf is ook een optie, maar deze zalf wordt in Nederland terughoudend toegepast om resistentie ontwikkeling te voorkomen.level of evidence
R/ Tetracycline zalf 3% FNA.
R/ formaldehyde 4% oplossing 1-2 dd is mogelijk ook effectief maar wordt in Nederland niet aanbevolen i.v.m. toxiciteit en problemen die apothekers bij de bereiding hebben vanwege de ARBO wetgeving.level of evidence
Bij onvoldoende effect:
R/ erytromycine 4 dd 250 mg of claritromycine 1 dd 500 mg SR gedurende 1 week.level of evidence


Referenties
1. Braun-Falco O, Plewig G, Wolff HH, Burgdorf WHC. Dermatology. 2nd edition. Springer, Berlin 2000, pp: 168.
2. Lebwohl M, Heymann WR, Berth-Jones J, Coulson I. Treatment of skin disease-Comprehensive therapeutic strategies. Mosby, New York, 2002 pp: 469-471.
3. Rook, Wilkinson, Ebling. Textbook of Dermatology, volume 2. 6th edition. Champion, Burton, Burns, Breathnach 1998, pp:1135.


Auteur(s):
Leonie van 't Oost. Dermatoloog, OLVG, Amsterdam.
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.

31-05-2023 (LVT / JRM) - www.huidziekten.nl W3C-html-4.01-valid



Diagnosecodes:
ICD10 R61.0 Gelokaliseerde hyperhidrosis: pitted keratolysis
ICD10 R61.0 Localized hyperhidrosis: pitted keratolysis
SNOMED 51212009 Pitted keratolysis
DBC 4 Dermatosen door micro-organismen