MorpheaMorfea is de term voor een gelokaliseerde vorm van
sclerodermie (cutis, subcutis, spieren), zonder systemische verschijnselen.
Mogelijk het eindresultaat van een auto-immuun ontstekingsproces.
Classificatie van gelokaliseerde sclerodermie: |
omschreven morfea - superficiële type (plaque type)
- diepe type - guttata type (vaak overlap met lichen sclerosus)
lineaire sclerodermie - extremiteiten - hoofd
- en coup de sabre - Parry Romberg (progressieve
hemifaciale atrofie) gegeneraliseerde morfea pansclerotische
morfea mixed type |
![Histologie sclerodermie / morfea (klik op foto voor vergroting) [bron: Kevin Kwee / Afdeling Pathologie MUMC] Histologie sclerodermie / morfea](../../../pacoupes/thumbnails/sclerodermie-1.jpg) |
![Histologie sclerodermie / morfea (klik op foto voor vergroting) [bron: Kevin Kwee / Afdeling Pathologie MUMC] Histologie sclerodermie / morfea](../../../pacoupes/thumbnails/sclerodermie-2.jpg) |
![Histologie sclerodermie / morfea (klik op foto voor vergroting) [bron: Kevin Kwee / Afdeling Pathologie MUMC] Histologie sclerodermie / morfea](../../../pacoupes/thumbnails/morfea.jpg) |
ingescande coupe (zoom) |
ingescande coupe (zoom) |
ingescande coupe (zoom) |
Morphea en plaque
T.g.v. abnormale bindweefselvorming
ontstaan meestal op de romp één of enkele bleke, ivoorkleurige, glanzende, geïndureerde,
iets verheven plaques van 1 tot 30 cm doorsnede, in het actieve stadium omgeven
door een blauw-violette rand (lilac ring). Niet-symmetrisch. Begint rood-livide,
dan oedemateus (non-pitting), tenslotte sclerose en/of atrofie (depressie, verlies
van haren, minder zweetklieren, minder melanocyten, hypopigmentatie). Komt op
alle leeftijden voor, ook bij kinderen. Meestal (50%) spontane verbetering in
maanden tot jaren (3-5 jaar), wel vaak persisterende hyper- of hypo-pigmentatie.
Overgang van locale sclerodermie (inclusief lineaire) naar
systemische sclerodermie is beschreven.
Geen Raynaudfenomeen. In het verleden werd morphea toegeschreven aan een Borrelia
Burgdorferi infectie. Uitgebreid onderzoek heeft dit niet kunnen bevestigen.
DD: lichen sclerosus,
atrophoderma van Pasini en Pierini.
Morphea guttataGekenmerkt
door kleine, witte, niet-geïndureerde of zeer weinig geïndureerde laesies. Lilac-ring
meestal niet aanwezig. Soms moeilijk te differentiëren van lichen sclerosis.
Beide beelden kunnen tegelijkertijd bestaan.
![Morphea guttata (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Morphea guttata](../../../afbeeldingen/morfea-guttata-1z.jpg) |
![Morphea guttata (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Morphea guttata](../../../afbeeldingen/morfea-guttata-2z.jpg) |
morphea
guttata |
morphea
guttata |
Gegeneraliseerde morpheaZeer uitgebreide sclerose
van soms de gehele huid; laesies hebben het aspect van morphea en plaque of
lineaire sclerodermie. Atrofie van de onderliggende structuren vooral aan de
extremiteiten, leidt tot deformaties en functie verlies. Maskerachtig gelaat,
geen teleangiëctasiën en peri-orale groeven zoals bij systemische sclerodermie.
Geen Raynaud fenomeen (i.t.t. systemische sclerodermie), geen interne afwijkingen.
Bij de snel progressieve vormen kan constrictie van de thorax leiden tot respiratoire
problemen en zelfs de dood. Het onderscheid met een systemische sclerodermie
is, door het ontbreken van een eenduidige classificatie, niet altijd eenvoudig.
Subcutane morphea (morphea profunda, subcutane sclerodermie)
Induratie van het subcutane weefsel. De huid zelf lijkt niet aangedaan. Geen
lilac-ring. Voorkeurslokalisaties; abdomen, sacrum en extremiteiten. Zie onder
morphea profunda.
![Morphea profunda (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Morphea profunda](../../../afbeeldingen/morphea-profunda-1z.jpg) |
![Morphea profunda (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Morphea profunda](../../../afbeeldingen/morphea-profunda-2z.jpg) |
morphea
profunda |
morphea
profunda |
Therapie morfea:Expectatief, gaat vaak vanzelf
over na 3-5 jaar. Eventueel:
R/ locale corticosteroïden graad III-IV in
pulse of Kenacort intralesionaal.
R/ calcipotriol / betamethasondipropionaat
gel.
R/ Protopic (tacrolimus) zalf 1-2 dd.
R/ Aldara (imiquimod).
R/
prednison 30-40 mg per dag, indien er sprake is van activiteit van het ziekteproces.
R/ PUVA therapie (topicaal), high-dose of medium-dose UVA.
R/ methotrexaat
7.5-25 mg per week.
R/ methotrexaat 7.5-25 mg per week + prednison puls therapie.
R/ sulfasalazopyrine 2 dd 2 tab à 500 mg (2-5 g/dag) zou effektief zijn (cave
agranulocytose).
R/ ciclosporine.
Symptomatische therapie
gericht op soepel houden van de huid: R/ paraffine vaseline aa
e.a. emollientia (zie indifferente therapie).
R/ ung cetomacrogolis.
R/
Calmurid OTC crème (wordt niet vergoed).
R/ Daivonex (calcipotriol) crème
of zalf 2 dd.
R/ Protopic (tacrolimus) zalf 0.1% 2 dd.
Rond de gewrichten
kan Duoderm pijnlijke fissuren voorkomen. Fysiotherapie kan contracturen voorkomen.
Lineaire of bandvormige sclerodermie, meestal geïsoleerd en unilateraal voorkomend.
Minder uitgesproken ivoor-witte induratie. Wel meer hyper- en hypopigmentatie
van de huid. Begint doorgaans op jongere leeftijd (< 20 jr). Door de diepe
lokalisatie (diep dermaal, subcutis, aantasting onderliggende structuren) kan
een diepe voor in de huid ontstaan (in gelaat daarom 'coup de sabre' genoemd),
gefixeerd aan de onderlaag. Indien gelokaliseerd aan extremiteiten, vaak gepaard
met deformiteiten en zelfs dysfunctie. Soms ANA positief, eveneens anti-dsDNA.
![Lineaire sclerodermie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Lineaire sclerodermie](../../../afbeeldingen/lineaire-sclerodermie-1z.jpg) |
![Lineaire sclerodermie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Lineaire sclerodermie](../../../afbeeldingen/lineaire-sclerodermie-2z.jpg) |
lineaire
sclerodermie |
lineaire
sclerodermie |
Therapie:Omdat schade aan extremiteiten kan ontstaan
is het advies om al op jonge leeftijd te starten met stevige immunosuppressieve
therapie zoals methotrexaat en dat lang vol te houden. Meestal wordt dit door
jonge kinderen goed verdragen.
R/ methotrexaat 15 mg/m² 1 x per week (maximaal
25 mg) eventueel in combinatie met 3 maanden prednison in een afbouwschema.
Minimaal 2 jaar, bij geen bijwerkingen liefst langer, tot het kind volgroeid
is.
R/ Cellcept (mycofenolaatmofetil) 750-1200 mg/m²; max 2000-2500 mg per
dag.
R/ tocilizumab (anti-IL-6).
Sclerodermie 'en coup de sabre' is een lineaire sclerodermie
van het gelaat. Beperkt tot één helft van het gelaat. Meestal in fronto-parietale
gebied, kan ook uitbreiden naar wang, neus, lip en kin. Zelfs de tong en het
gebit kan meedoen. Heeft alle kenmerken van lokale sclerodermie, met depressie
van de huid ter plaatse. Eventueel ook atrofie van de huid en onderliggende
weefsels ter plaatse.
Syndroom van Parry-Romberg:
faciale hemi-atrofie, atrofische laesies van het subcutane weefsel, spieren
en botstructuren zonder cutane afwijking. Vaak niet beperkt tot één zijde van
het gelaat, confluerende laesies. EEG afwijkingen komen voor. Lijkt soms op
sclerodermie en coup de sabre.
![Sclerodermie en coup de sabre (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Sclerodermie en coup de sabre](../../../afbeeldingen/sclerodermie-en-coup-de-sabre-1z.jpg) |
coupe
de sabre |
Lineaire sclerodermie, inclusief sclerodermie en coupe de sabre in het
gelaat is de meest voorkomende vorm van sclerodermie bij kinderen en kan een
ernstig beloop hebben, met contractuurvorming of atrofie van een arm of een
been, beenlengte verschil, hemiatrofie van het gelaat, asymmetrie van de tong,
tandafwijkingen. Het wordt geadviseerd om kinderen met lineaire, diepe of mixed
vormen sclerodermie laagdrempelig en langdurig systemisch te behandelen, met
methotrexaat als eerste voorkeur. Lineaire sclerodermie gaat niet over in systemische
sclerodermie. Er kunnen wel extracutane manifestaties zijn zoals artritis, neurologische
klachten (epilepsie, hoofdpijn), oogafwijkingen (uveïtis, episcleritis).
Diagnostiek:Uitgangs MRI schedel; bij nieuwe neurologische
klachten MRI herhalen. Bij lineaire sclerodermie in het gelaat tweejaarlijks
controle door de oogarts op uveïtis, bij andere vormen van lineaire sclerodermie
1 x per jaar. Controle gebitsontwikkeling door de tandarts. Jaarlijkse controle
bij dermatoloog en/of reumatoloog. Bij Parry Romberg atrofie van het gelaat
is het in sommige expertise centra mogelijk om een 3D opname te maken en te
analyseren waarbij vergeleken wordt met de intacte helft van het gelaat.
Therapie:R/ methotrexaat 15 mg/m² 1 x per week (maximaal
25 mg) eventueel in combinatie met 3 maanden prednison in een afbouwschema.
Minimaal 2 jaar, bij geen bijwerkingen liefst langer, tot het kind volgroeid
is.
R/ Cellcept (mycofenolaatmofetil) 750-1200 mg/m²; max 2000-2500 mg per
dag.
R/ tocilizumab (anti-IL-6).
Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.