Een
subepidermale gecalcificeerde nodulus (gelocaliseerde
idiopathische dermale calcinosis, tumorale calcinosis, cutane calculus, subepidermal
calcified nodule) is een nodus met secundaire kalkdepositie. Het is niet duidelijk
waardoor het ontstaat. Zie ook onder
calcinosis
cutis.
|
|
tumorale
calcinosis |
tumorale
calcinosis |
Klinisch beeld:Meestal solitair, soms enkele en
een enkele keer vele. De meeste patiƫnten zijn kinderen, soms is de nodulus
bij de geboorte aanwezig, soms ontstaat hij pas in de volwassenheid. Vaak is
het oppervlak enigszins verruceus, maar het kan ook glad zijn. Meestal is de
laesie in het gelaat gelokaliseerd. Primair lijkt er sprake te zijn van een
grote homogene massa die gaat calcificeren en die opbreekt in multipele gecalcificeerde
globuli. Gelocaliseerde idiopathische dermale calcinosis kan ook voorkomen als
een solitaire nodulus op de ledematen. Bij tumorale calcinosis zijn kalkdeposities
aanwezig in dermis en subcutis, met name boven benige uitsteeksels.
DD:pilomatricoma,
keratoacanthoom,
reuzen molluscum contagiosum,
carcinoma spinocellulare.
PA:De epidermis is intact met centraal enige acanthose.
In de dermis worden grote en ook kleinere compacte kalkhaarden aangetroffen,
waarbij aan de rand van vooral de kleinere kalkdeposities een histiocytaire
granulomateuze reactie wordt gezien, met histiocytaire reuslcelformatie. Kleuring
op micro-organismen negatief.
Referenties
1. |
Lever's Histopathology of the skin, 8 edition.
Lippincott - Raven, Philadelphia - New York 1997,382. |
2. |
McKee PhH. Pathology of the Skin, 2e edition.
Mosby-Wolfe, London 1996;7.33. |
3. |
Weedon D, Skin Pathology. Churchill-Livingstone,
Edinburgh 1997:353. |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.