Lichttherapie (
fototherapie, UVB, PUVA,
UVA1) wordt sinds decennia toegepast bij de behandeling van huidziekten
zoals
psoriasis,
atopisch eczeem,
pruritus,
cutaan T-cel lymfoom
(m.n.
mycosis fungoides) e.a. dermatosen
(zie onderstaande tabel). Lichttherapie wordt vaak gestart als de dermatose
niet met lokale corticosteroïden onder controle te krijgen is, of te uitgebreid
is (bijvoorbeeld psoriasis guttata), of bij bijwerkingen van lokale steroïden.
En in situaties waarin systemische therapie niet mogelijk is of niet wenselijk
(bijvoorbeeld zwangerschap(wens) en lactatie, of vaderwens en geen veilige systemische
medicatie mogelijkheden, of bij een patiënt die het nog niet aandurft om systemische
medicatie te gaan gebruiken).
Lichttherapie is internationaal een erkende
behandelmodaliteit voor
atopisch eczeem, vast onderdeel
van dagbehandeling voor psoriasis en eczeem, en soms de enige veilige behandeloptie,
bijvoorbeeld bij zwangeren. Maar vreemd genoeg hebben de Nederlandse zorgverzekeraars
de vergoeding voor atopisch eczeem in 2020 beëindigd, met als onderbouwing dat
er twijfels over de effectiviteit zouden zijn, zonder overigens daarvoor de
evidence aan te leveren. Om dit terug te draaien wordt er in Nederland een gecontroleerde
studie uitgevoerd naar UVB therapie voor atopisch eczeem (de
update trial) en wordt UVB therapie nadrukkelijker opgenomen in de nieuwe
Nederlandse en Europese richtlijnen voor de behandeling van atopisch eczeem.
Zie ook de
leidraad lichttherapie van de NVDV uit 2020.
Indeling van ultraviolet (UV) licht / straling
naar golflengte (nanometer): |
Korte golflengte UV |
UVC |
100 - 280 nm |
Intermediaire golflengte UV |
UVB |
280 - 315 nm |
Lange golflengte UV |
UVA |
315 - 400 nm |
UVA2 |
320 - 340 nm |
UVA1 |
340 - 400 nm |
De eerste UVB lichtkasten bevatten UVB lampen die een
breed
spectrum aan UVB licht uitzenden
(280-315 nm),
met ook meer bijwerkingen. Later werd door Philips de
TL-01 small
spectrum / narrow band (311-313 nm) UVB buis ontwikkeld, die veel
minder bijwerkingen veroorzaakt. Daarna werden de oudere lichtkasten breed spectrum
UVB genoemd (broadband UVB). Breed spectrum UVB wordt steeds minder gebruikt.
UVC straling is zeer schadelijk en oncogeen en wordt
toegepast als sterilisatie in laboratoria en in bacterie-dodende filters voor
zwembaden en vijvers.
UVA licht dringt dieper door
in de huid dan UVB maar is zonder toevoeging van psoralenen die de huid gevoelig
maken niet effectief. De combinatie van psoralenen + UVA (
PUVA therapie)
is wel effectief bij meerdere huidziekten en met name bij mycosis fungoides
en andere vormen van cutaan T-cel lymfoom. PUVA therapie kan niet in alle behandelcentra
worden toegepast; de UVA lichtkasten staan niet overal en het is steeds moeilijker
geworden om aan psoralenen te komen, in Nederland zijn geen psoralenen meer
geregistreerd en verkrijgbaar, ze moeten uit het buitenland worden geïmporteerd
met een artsenverklaring. Zie verder onder
PUVA therapie.
UVA1 (high dose en medium dose UVA, 340 - 400 nm)
is wel effectief zonder toegevoegde psoralenen, bij een aantal specifieke indicaties
(zie onder
UVA1-lichttherapie), maar alleen
als het in hoge energieniveaus wordt toegepast. De UVA1 cabines zijn groot,
produceren erg veel hitte (maar er zijn nieuwe modellen met LED-technologie)
en zijn nog maar in een beperkt aantal centra beschikbaar (voor zover bekend
nog in Leiden, LUMC).
Contra-indicaties voor lichttherapie: |
Absolute contra-indicaties: - Genetische
defecten met verhoogde lichtgevoeligheid en/of verstoord DNA repair
mechanisme (xeroderma pigmentosum, Cockayne’s syndroom,
Bloom’s syndroom).
Relatieve contra-indicaties:
- Immunosuppressiva met verhoogde kans op huidkanker (ciclosporine,
azathioprine) - Gebruik fotosensitieve geneesmiddelen - Meerdere
non-melanoma huidmaligniteiten of (in situ) melanoom in voorgeschiedenis
- Ernstige actinische schade - Dysplastische naevi - Verhoogde
lichtgevoeligheid |
UVB lichttherapie schema's:Er circuleren meerdere
verschillende doseringsschema's voor UVB therapie. In de begintijd van de lichttherapie
werd voor iedere individuele patiënt de
MED (
minimale
erythemateuze dosis) bepaald. De MED is gedefinieerd als de minimale
hoeveelheid Joule per cm² waarbij erytheem ontstaat. Dit werd gedaan door een
mal op de huid aan te brengen met 7 uitgespaarde vakjes A t/m G en die te belichten
met verschillende duur in de range 20-160 mJ/cm² en te kijken bij welk belichtingsniveau
er erytheem ontstaat. Vervolgens werd gestart met een niveau wat bij die MED
hoort, en bij elke volgende belichting wordt het niveau met 15% verhoogd. Daarbij
was de oorspronkelijke frequentie 3 x per week, maar tegenwoordig heeft iedereen
het te druk om 3 x per week naar het ziekenhuis te komen voor lichttherapie
en is de frequentie meestal 2 x per week. Inmiddels worden geen MED's meer bepaald
maar wordt het
huidtype ingeschat (zie onder
huidtypen I t/m VI) en wordt uit een tabel
een belichtingsschema gekozen dat daar ongeveer bij past. In de praktijk start
huidtype I met schema B, huidtype II met schema C, etc. Zie onderstaande tabel
en de bijlage
UVB-schema
op basis van huidtype en MED. Dit schema wordt in het AMC gebruikt voor
psoriasis en atopisch eczeem, sinds de jaren 80, maar de oorspronkelijke bron
er van is niet bekend, en
het schema is aan de voorzichtige kant.
In de Europese en Amerikaanse richtlijnen voor fototherapie bij psoriasis worden
hogere startdoses gebruikt en er wordt sneller opgehoogd (zie verder).
UVB-schema
op basis van huidtype en MED |
Huidtype: |
|
I |
II |
III |
IV |
V |
IV |
|
A |
B |
C |
D |
E |
F |
G |
MED (J/cm²): |
20 |
51 |
64 |
80 |
102 |
128 |
160 |
Startdosis (J/cm²): |
0.01 |
0.05 |
0.06 |
0.08 |
0.10 |
0.12 |
0.16 |
Verhogen met: |
15% |
15% |
15% |
15% |
15% |
15% |
15% |
Max: |
0.44 |
1.40 |
1.93 |
2.25 |
2.88 |
3.61 |
4.29 |
Huidtypes: |
Huidtype 1 |
Verbrandt snel en wordt (bijna) niet bruin |
Lichte huid, vaak sproeten, haar rossig of lichtblond haar,
lichte kleur ogen |
Huidtype 2 |
Verbrandt snel, wordt langzaam bruin |
Lichte huid, blond haar, lichte ogen |
Huidtype 3 |
Verbrandt zelden, wordt gemakkelijk bruin |
Licht getinte huid, donker tot bruin haar, vrij donkere ogen |
Huidtype 4 |
Verbrandt bijna nooit, bruint zeer goed |
Getinte huid, donker haar, donkere ogen. Mediterrane type |
Huidtype 5 |
Zeer goed bestand tegen zon |
Aziatisch |
Huidtype 6 |
Zeer goed bestand tegen zon |
Zwarte huid |
Huidtype-onafhankelijk UVB-schemaEr bestaat ook
een UVB-schema waarbij elke patiënt, ongeacht het huidtype, start met 200 mJoule/cm²
(0.20 J/cm²). Dat lijkt veel, maar in de nieuwere Europese en Amerikaanse richtlijnen
wordt ook bij huidtype I gewoon begonnen met 0.20 of 0.30 J/cm². Dit
huidtype-onafhankelijk UVB-schema is beschreven door
Jurr Boer in 2006. Hij vergeleek het, bij een klein aantal patiënten, met
schema E uit het bovengenoemde op MED gebaseerde schema. Het werkte
efficiënter en gaf niet meer bijwerkingen. Het schema wordt zonder problemen
gebruikt in een aantal perifere ziekenhuizen, en wordt genoemd in de psoriasis
richtlijn uit 2011. In dit schema wordt in het begin snel opgehoogd met stappen
van 50%, 40%, 30%, en daarna 20%, vanaf stap 10 15%, en het stopt bij 5.00 J/cm².
Zie onderstaande tabel en de bijlage
huidtype-onafhankelijk UVB-schema.
Huidtype-onafhankelijk
UVB-schema |
Startdosis 0.20 Joule/cm² |
Stap: |
Joule/cm² |
Verhogen met: |
1 |
0.20 |
|
2 |
0.30 |
50% |
3 |
0.42 |
40% |
4 |
0.54 |
30% |
5 |
0.66 |
20% |
6 |
0.78 |
19% |
7 |
0.92 |
18% |
8 |
1.08 |
17% |
9 |
1.24 |
16% |
10 |
1.44 |
15% |
11 |
1.66 |
15% |
12 |
1.90 |
15% |
13 |
2.18 |
15% |
14 |
2.52 |
15% |
15 |
2.88 |
15% |
16 |
3.32 |
15% |
17 |
3.82 |
15% |
18 |
4.28 |
12% |
19 |
4.70 |
10% |
20 |
5.00 |
|
Referenties
1. |
Boer J. Smalspectrum-UVB-fototherapie voor psoriasis: een voorstel voor een nieuw MED- en huidtype-onafhankelijk behandelingsschema. Ned Tijdschr Dermatol Venereol 2006;16:429-334.
PDF |
UVB-schema NVDVOp de website van de NVDV circuleert
een document dat bedoeld is als model voor een instructie voor UVB belichting
voor ondersteunend personeel. Hierin staat een schema waarin bij huidtype I
en II met een erg lage startdosis wordt begonnen (0.01 J/cm²) die vervolgens
in zeer kleine stapjes (0.01-0.02 J/cm²) wordt opgehoogd (zie
bijlage).
De bron van dit document, uit 2019, is niet duidelijk. Mogelijk behoort het
schema bij de oude generatie breed spectrum UVB lichtkasten. De energieniveaus
zijn in ieder geval veel te laag voor UVB TL-01 therapie. Het advies is dit
schema niet te gebruiken.
UVB schema van Waldmann UVB TL-01 kasten
De leverancier van de UVB TL-01 lichtkasten levert bij de apparatuur ook een
standaard schema, gebaseerd op de huidtypen I t/m VI. Dit schema begint voorzichtig,
maar bereikt uiteindelijk ook de hoge waarden (3-5 J/cm²) die worden geadviseerd
in de nieuwere Europese en Amerikaanse richtlijnen. Zie onderstaande tabel en
de bijlage
UVB schema voor psoriasis van Waldmann UVB TL-01 kasten.
UVB
schema van Waldmann UVB TL-01 kasten |
Huidtype: |
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
Startdosis: |
0.10 J/cm² |
0.20 J/cm² |
0.20 J/cm² |
0.30 J/cm² |
0.40 J/cm² |
0.40 J/cm² |
Ophogen: |
10% |
10% |
15% |
20% |
30% |
30% |
Maximum: |
3.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
Aangepast UVB TL-01 schema van Waldmann voor atopisch eczeem
De firma Waldmann adviseert bij lichttherapie voor atopisch eczeem een milder
schema, omdat deze patiënten wat meer risico lopen op verbranding of averechtse
reacties. Zie onderstaande tabel en de bijlage
UVB schema voor atopisch eczeem
van Waldmann UVB TL-01 kasten.
Aangepast
UVB TL-01 schema voor atopisch eczeem |
Huidtype: |
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
Startdosis: |
0.10 J/cm² |
0.15 J/cm² |
0.20 J/cm² |
0.30 J/cm² |
0.30 J/cm² |
0.30 J/cm² |
Ophogen: |
5% |
10% |
10% |
15% |
20% |
20% |
Maximum: |
3.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
Europese en Amerikaanse UVB TL-01 schema’s voor psoriasis
In de nieuwere Europese en Amerikaanse richtlijnen over UVB TL-01 fototherapie
bij psoriasis worden hogere startniveaus geadviseerd (EADV: 0.2-0.6 J/cm²; AAD:
0.3-0.8 J/cm²) en ook wordt de dosis sneller opgehoogd (met stappen van 20-30%).
Zie onderstaande tabel en de bijlagen
UVB TL-01 schema EADV en
UVB TL-01 schema
AAD.
Europees
UVB TL-01 schema voor psoriasis (EADV) |
Huidtype: |
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
Startdosis: |
0.20 J/cm² |
0.30 J/cm² |
0.50 J/cm² |
0.60 J/cm² |
0.60 J/cm² |
0.60 J/cm² |
Ophogen: |
20% |
20% |
20% |
30% |
30% |
30% |
Maximum: |
2.00 J/cm² |
2.00 J/cm² |
3.00 J/cm² |
3.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
Amerikaans
UVB TL-01 schema voor psoriasis (AAD) |
Huidtype: |
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
Startdosis: |
0.30 J/cm² |
0.30 J/cm² |
0.50 J/cm² |
0.50 J/cm² |
0.80 J/cm² |
0.80 J/cm² |
Ophogen: |
20% |
20% |
20% |
20% |
20% |
20% |
Maximum: |
2.00 J/cm² |
2.00 J/cm² |
3.00 J/cm² |
3.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
Referenties
1. |
Pathirana D, Ormerod AD, Saiag P, Smith C,
Spuls PI, Nast A, Barker J, Bos JD, Burmester GR, Chimenti S, Dubertret
L, Eberlein B, Erdmann R, Ferguson J, Girolomoni G, Gisondi P, Giunta
A, Griffiths C, Hönigsmann H, Hussain M, Jobling R, Karvonen SL,
Kemeny L, Kopp I, Leonardi C, Maccarone M, Menter A, Mrowietz U,
Naldi L, Nijsten T, Ortonne JP, Orzechowski HD, Rantanen T, Reich
K, Reytan N, Richards H, Thio HB, van de Kerkhof P, Rzany B. European
S3-guidelines on the systemic treatment of psoriasis vulgaris. J
Eur Acad Dermatol Venereol 2009;23 Suppl 2:1-70. |
2. |
Elmets CA, Lim HW, Stoff B, Connor C, Cordoro
KM, Lebwohl M, Armstrong AW, Davis DMR, Elewski BE, Gelfand JM,
Gordon KB, Gottlieb AB, Kaplan DH, Kavanaugh A, Kiselica M, Kivelevitch
D, Korman NJ, Kroshinsky D, Leonardi CL, Lichten J, Mehta NN, Paller
AS, Parra SL, Pathy AL, Farley Prater EA, Rupani RN, Siegel M, Strober
BE, Wong EB, Wu JJ, Hariharan V, Menter A. Joint American Academy
of Dermatology-National Psoriasis Foundation guidelines of care
for the management and treatment of psoriasis with phototherapy.
J Am Acad Dermatol 2019;81(3):775-804. |
UVB TL-01 schema voor vitiligoVoor vitiligo wordt
meestal een
huidtype onafhankelijk schema gebruikt,
omdat wordt uitgegaan van de gedachte dat ondanks het huidtype alle patiënten
gedepigmenteerde vitiligo plekken hebben die kunnen verbranden. Daarom wordt
meestal begonnen met een startniveau dat ook bij huidtype I wordt gebruikt,
rond de 0.20 J/cm². De schema's die circuleren beginnen meestal bij 0.21 J/cm²
en lopen op tot 3-5 J/cm². Zie onderstaande tabel en de bijlage
UVB TL-01 schema
voor vitiligo. Er bestaan ook schema's die wel rekening houden met het huidtype,
omdat gebleken is dat de vitiligo plekken bij donkere huid, ondanks dat de melanocyten
verdwenen zijn, toch minder snel verbranden dan bij iemand met een lichte huid.
Huidtype-onafhankelijk
UVB-schema voor vitiligo |
Startdosis: 0.21 Joule/cm² |
Maximale dosis: 0.21 Joule/cm² |
Stap: |
Schema A |
Verhogen: |
Schema B |
Verhogen: |
1 |
0.21 |
20% |
0.21 |
15% |
2 |
0.25 |
20% |
0.24 |
15% |
3 |
0.30 |
20% |
0.28 |
15% |
4 |
0.36 |
20% |
0.32 |
15% |
5 |
0.43 |
20% |
0.37 |
15% |
6 |
0.52 |
20% |
0.42 |
15% |
7 |
0.62 |
20% |
0.49 |
15% |
8 |
0.74 |
20% |
0.56 |
15% |
9 |
0.89 |
20% |
0.64 |
15% |
10 |
1.06 |
20% |
0.74 |
15% |
11 |
1.22 |
15% |
0.85 |
15% |
12 |
1.40 |
15% |
0.98 |
15% |
13 |
1.61 |
15% |
1.12 |
15% |
14 |
1.85 |
15% |
1.29 |
15% |
15 |
2.13 |
15% |
1.49 |
15% |
16 |
2.45 |
15% |
1.71 |
15% |
17 |
2.82 |
15% |
1.97 |
15% |
18 |
3.24 |
15% |
2.26 |
15% |
19 |
3.72 |
15% |
2.60 |
15% |
20 |
4.09 |
10% |
2.99 |
15% |
21 |
4.50 |
10% |
3.00 |
15% |
22 |
5.00 |
|
3.00 |
|
23 |
5.00 |
|
3.00 |
|
24 |
5.00 |
|
3.00 |
|
25 |
5.00 |
|
3.00 |
|
Referenties
1. |
Schema A: UVB TL-01 Schema voor vitiligo
van Amsterdam UMC (bron: handleiding van Erbe behorende bij UVB
lichtcabines, 2010). |
2. |
Schema B: UVB TL-01 Schema voor vititliog
van Huid Medisch Centrum (bron: handleiding van Waldmann behorende
bij UVB-TL01-kasten, 2018). |
UVB TL-01 schema voor mycosis fungoides / CTCLVoor
mycosis fungoides wordt meestal
PUVA therapie gebruikt,
maar steeds vaker ook gewoon UVB TL-01 therapie. PUVA therapie werkt beter bij
cutaan T-cel lymfoom omdat het meer DNA schade veroorzaakt en daardoor de maligne
T-cellen die zich in de huid bevinden vernietigt. Het werkt vooral beter bij
plaque stadium mycosis fungoides, omdat de UVA stralen dieper in de huid doordringen.
Maar UVB TL-01 werkt bijna even goed als PUVA therapie en is eenvoudiger toe
te passen (geen psoralenen nodig, niet nodig om 24 uur uit de zon te blijven).
Voor UVB bij mycosis fungoides kan hetzelfde schema worden gebruikt als bij
psoriasis, bijvoorbeeld het schema van Elmets CA, et al (JAAD 2019), of het
schema dat gepubliceerd is door Olsen EA, et al. in een Amerikaanse richtlijn
voor fototherapie bij mycosis fungoides uit 2016. Dit laatste schema start met
lagere energieniveaus en heeft kleinere verhoogstapjes dan het psoriasis schema.
Zie onderstaande tabellen en de bijlagen
UVB TL-01 schema voor mycosis fungoides
(Olsen) en
UVB TL-01 schema voor psoriasis (AAD). Bij mycosis fungoides is het
gebruikelijk om lang door te gaan, eerst totdat klinisch effect wordt bereikt
(clearance phase), dan nog 1-3 maanden doorgaan op dat niveau (consolidation
phase), en daarna doorgaan in een lagere frequentie (maintenance phase). Zie
verder onder
mycosis fungoides.
UVB
TL-01 schema voor mycosis fungoides (Olsen 2016) |
Huidtype: |
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
Startdosis: |
0.130 J/cm² |
0.220 J/cm² |
0.260 J/cm² |
0.330 J/cm² |
0.350 J/cm² |
0.400 J/cm² |
Ophogen: |
0.015 J/cm² |
0.025 J/cm² |
0.040 J/cm² |
0.045 J/cm² |
0.060 J/cm² |
0.065 J/cm² |
Maximum: |
0.69 J/cm² |
1.15 J/cm² |
1.74 J/cm² |
2.00 J/cm² |
2.57 J/cm² |
2.81 J/cm² |
UVB
TL-01 schema voor mycosis fungoides (Elmets 2019) |
Huidtype: |
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
Startdosis: |
0.300 J/cm² |
0.300 J/cm² |
0.500 J/cm² |
0.500 J/cm² |
0.800 J/cm² |
0.800 J/cm² |
Ophogen: |
20% |
20% |
20% |
20% |
20% |
20% |
Maximum: |
2.00 J/cm² |
2.00 J/cm² |
3.00 J/cm² |
3.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
5.00 J/cm² |
PUVA schema voor mycosis fungoides / CTCLVoor
PUVA therapie bij
mycosis fungoides wordt een huidtype-afhankelijk
schema gebruikt dat start met 0.5-3.0 J/cm² en eindigt bij 10-12 J/cm². In de
Amerikaanse richtlijn (Olsen et al. 2016) staat dat na de 20e belichting eventueel
nog verder kan worden verhoogd in stapjes van 0.5-1.0 J/cm². Zie onderstaande
tabellen en de bijlagen
PUVA schema voor mycosis fungoides (Olsen) en
PUVA schema voor psoriasis
en mycosis fungoides
(AMC). Deze 2 schema's verschillen weinig van elkaar. Het derde schema,
bedoeld voor
PUVA therapie bij psoriasis komt uit de Duitse richtlijn (Herzinger et
al. 2016) en begint iets voorzichtiger. PUVA therapie wordt in Nederland nog
maar zelden gebruikt voor psoriasis.
PUVA
schema voor mycosis fungoides (Olsen 2016) |
Huidtype: |
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
Startdosis: |
0.5 J/cm² |
1.0 J/cm² |
1.5 J/cm² |
2.0 J/cm² |
2.5 J/cm² |
3.0 J/cm² |
Ophogen: |
0.5 J/cm² |
0.5 J/cm² |
1.0 J/cm² |
1.0 J/cm² |
1.5 J/cm² |
1.5 J/cm² |
Maximum: |
10.0 J/cm² |
10.0 J/cm² |
12.0 J/cm² |
12.0 J/cm² |
12.0 J/cm² |
12.0 J/cm² |
Na stap 20: |
0.5-1 J/cm² |
0.5-1 J/cm² |
0.5-1 J/cm² |
0.5-1 J/cm² |
0.5-1 J/cm² |
0.5-1 J/cm² |
PUVA
schema voor psoriasis en mycosis fungoides (AMC) |
Huidtype: |
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
Startdosis: |
0.5 J/cm² |
1.0 J/cm² |
1.5 J/cm² |
2.0 J/cm² |
2.5 J/cm² |
3.0 J/cm² |
Ophogen: |
20% |
20% |
20% |
20% |
20% |
20% |
Max ophogen: |
1.0 J/cm² |
1.0 J/cm² |
1.5 J/cm² |
1.5 J/cm² |
1.5 J/cm² |
1.5 J/cm² |
Maximum: |
10.0 J/cm²
|
10.0 J/cm²
|
12.0 J/cm²
|
12.0 J/cm²
|
12.0 J/cm²
|
12.0 J/cm²
|
PUVA
schema voor psoriasis (Herzinger 2016) |
Huidtype: |
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
Startdosis: |
0.3 J/cm² |
0.5 J/cm² |
0.8 J/cm² |
1.0 J/cm² |
1.0 J/cm² |
1.0 J/cm² |
Ophogen: |
20-30% |
20-30% |
20-30% |
20-30% |
20-30% |
20-30% |
Maximum: |
10.0 J/cm²
|
10.0 J/cm²
|
12.0 J/cm²
|
12.0 J/cm²
|
12.0 J/cm²
|
12.0 J/cm²
|
Referenties
1. |
Olsen EA, Hodak E, Anderson T, Carter JB,
Henderson M, Cooper K, Lim HW. Guidelines for phototherapy of mycosis
fungoides and Sézary syndrome: A consensus statement of the United
States Cutaneous Lymphoma Consortium. J Am Acad Dermatol 2016;74(1):27-58. |
2. |
Elmets CA, Lim HW, Stoff B, Connor C, Cordoro
KM, Lebwohl M, Armstrong AW, Davis DMR, Elewski BE, Gelfand JM,
Gordon KB, Gottlieb AB, Kaplan DH, Kavanaugh A, Kiselica M, Kivelevitch
D, Korman NJ, Kroshinsky D, Leonardi CL, Lichten J, Mehta NN, Paller
AS, Parra SL, Pathy AL, Farley Prater EA, Rupani RN, Siegel M, Strober
BE, Wong EB, Wu JJ, Hariharan V, Menter A. Joint American Academy
of Dermatology-National Psoriasis Foundation guidelines of care
for the management and treatment of psoriasis with phototherapy.
J Am Acad Dermatol 2019;81(3):775-804. |
3. |
Herzinger T, Berneburg M, Ghoreschi K, Gollnick H, Hölzle E, Hönigsmann H, Lehmann P, Peters T, Röcken M, Scharffetter-Kochanek K, Schwarz T, Simon J, Tanew A, Weichenthal M. S1-Leitlinie zur UV-Phototherapie und Photochemotherapie. J Dtsch Dermatol Ges 2016;14(8):e1-e25.
PDF |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.