Uit de literatuurgegevens blijkt dat
ulcera cruris bij reumatoïde
artritis (RA) een bekend verschijnsel zijn. Goede incidentiestudies
zijn schaars. In ziekenhuispopulaties blijkt 0,6-8% van de patiënten met RA
tevens een ulcus te hebben. De precieze pathogenese is minder duidelijk en lijkt
multifactorieel te zijn. Een deel van de ulcera, circa 20%, berust op
vasculitis. Bij een deel van de ulcera die klinisch
verdacht zijn voor vasculitis (uitgeponste diepe ulcera, zwarte necrose, livide
randen, trage genezing) wordt histologisch geen vasculitis aangetroffen. Dat
kan echter ook met het moment van biopteren samenhangen. Circa 10% is geassocieerd
met het
Felty syndroom (reumatoïde artritis, splenomegalie
en neutropenie). Ook daarbij is de pathogenese onduidelijk. Andere oorzaken
zijn
pyoderma gangrenosum (geassocieerd
met RA),
veneuze insufficiëntie en dependency
(immobiliteit, slechte kuit- en voet-spierpompfunctie door artritis van de enkelgewrichten),
voetdeformiteiten, wonden en drukplekken van aangepast schoeisel,
decubitus, kwetsbare huid en vertraagde
wondgenezing door corticosteroïden, co-existent
arterieel vaatlijden,
distale neuropathie,
hypercoagulabiliteit (vooral
lupus anticoagulans) en secundaire infecties. Voor de DD zie de tabel
differentiële diagnose van
ulcus cruris.
|
|
osteomyelitis |
Felty
syndroom |
Referenties
1. |
Pun YLW, Barraclough DRE, Muirden KD. Leg
ulcers in rheumatoid arthritis. Med J Australia 1990:153;585-587. |
2. |
McRorie ER, Jobanputra P, Ruckley CV, Nuki
G. Leg ulceration in rheumatoid artritis. Br J Rheumatol 1994:33:1078-1084. |
3. |
Mekkes JR, Loots MA, Van Der Wal AC, Bos
JD. Causes, investigation and treatment of leg ulceration. Br J
Dermatol 2003;148:388-401. PDF |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.